Gemeente: Resultaten van gemeentelijke inzet zijn moelijk te zien

Gepubliceerd op 10 maart 2020 om 19:39

Geachte leden van de gemeenteraad,

De voorbereiding van de MTR (tussentijdse stand van zaken) 2020 is in volle gang. Op 29 januari en 26 februari
is de 1e fase van de MTR met u besproken. Dit betrof de aanpak, de planning en
het resultaat van de eerste ambtelijke voorbereidingen. Daarmee heeft u zich
op basis van recente trends en data een oordeel kunnen vormen over de staat
van Leeuwarden. Tevens is het door u gevraagde bezuinigingspotentieel voor u
in beeld gebracht.

Voor u is in Ibabs door de griffie een dossier aangemaakt waarin de eerder aan u
verstrekte informatie is opgenomen. Deze brief met bijbehorende bijlagen zal
hierin opgenomen worden. Zo beschikt u o.a. voor het technisch vragenuur van
25 maart overzichtelijk over alle relevante informatie.

In deze brief laten wij u de volgende te nemen stappen zien, die zullen leiden
tot een verdere koers en richting voor de resterende bestuursperiode. Dat doen
we door op 3 onderdelen de nu beschikbare bouwstenen aan te reiken: een
rapportage over de voortgang van de uitvoering van ons collegeprogramma, een
overzicht van de vooralsnog bekende bestedingswensen en de
bezuinigingsopgave zoals beschreven in deze brief.

Voortgang collegeprogramma

Er is veel tijd gestoken in het verzamelen van statistisch materiaal om aan de
hand daarvan een oordeel te kunnen geven over hoe het gesteld is met de
realisatie van de doelen uit ons collegeprogramma. Gebleken is dat het leggen
van een direct verband tussen de gemeentelijke inzet en behaalde resultaten in
de samenleving lastig is. Veelal zijn externe factoren, zoals de conjunctuur,
(mede)bepalend voor ontwikkelingen. Wat we u daarom op 26 februari hebben
geboden is inzicht in de verzamelde informatie, middels een presentatie van
trends en data Leeuwarden. Dat geeft een beeld van hoe het staat met de

gemeente.

In het vervolg daarop informeren we u nu over de stand van zaken rond de
uitvoering van ons collegeprogramma (bijlage 1). De stand van zaken laat zien
dat het merendeel van de opgaven uit het collegeprogramma in uitvoering is.
Slechts op een enkel onderdeel (rood gemarkeerd) stagneert de uitvoering. Ons
oordeel is dat de uitvoering van het collegeprogramma op koers is. De stand van
de uitvoering geeft ons geen aanleiding om wijzigingen of bijstellingen van het
programma voor te stellen. We willen voor de resterende collegeperiode de
ingeslagen weg vervolgen. Gelet op de financiële opgave beraden wij ons
momenteel op vragen als: welk beleid willen we voortzetten, faseren, stoppen
of integraal heroverwegen?

Basislijst Bestedingswensen

Er is een basislijst van bestedingswensen gemaakt (bijlage 2). We spreken in dit
verband over bestedingen omdat het veelal zal gaan om voorstellen om
bestaand beleid voort te zetten dan om voorstellen voor nieuw beleid.
De bestedingen zijn geordend op basis van de volgende criteria:
– noodzakelijk in verband met provinciaal toezicht;
– First out – First in: conform afspraak in het college en de raad gaat het
om het mogelijk terugdraaien van bij de begroting 2020 doorgevoerde
bezuinigingen (in totaal € 2 mln.);
– Structurele dekking voor incidentele uitgaven in het collegeprogramma;
– Voorstellen waarvan het college richting raad heeft aangegeven dat die
betrokken zullen worden bij de integrale heroverweging bij de MTR.
Deze basislijst van bestedingen moet politiek beoordeeld gaan worden in het
kader van de MTR. Zoals al aangegeven zitten hier geen voorstellen voor nieuw
beleid in. Een dergelijke uitvraag heeft, gezien de financiële situatie, niet
plaatsgevonden. Bij de voorbereiding van de voorlopige financiële positie zal,
zoals gebruikelijk, de lijst van mee- en tegenvallers worden opgemaakt.

De komende weken gaan we als college deze basislijst beoordelen. Gelet op de
gepresenteerde trends en data en de conclusies over de uitvoering van ons
collegeprogramma, denken wij daarbij aan afwegingscriteria als:
 is het een wettelijke taak of niet;
 voorkomt het dat eerdere investeringen teniet worden gedaan;
 voorkomt het dat we elders of in de toekomst alsnog de rekening
gepresenteerd krijgen;
 voorkomt het dat de tweedeling in de samenleving toeneemt;
 maakt het innovatie, samenwerking en/of co-financiering mogelijk;
 houdt het de stad en regio aantrekkelijk.

Welke bestedingen gehonoreerd kunnen worden, hangt van twee andere zaken
af. Enerzijds van de politieke bereidheid en consensus over het pakket aan
bezuinigingsmaatregelen en anderzijds van de uiteindelijke financiële positie.
Beiden zijn op dit moment nog ongewis.

Bezuinigingsopgave

Zoals ook toegelicht in de bijeenkomst op 26 februari zijn, om tot een voorstel
voor mogelijke bezuinigingen te komen, alle posten binnen de
gemeentebegroting beoordeeld. Bij de eerste schifting is ambtelijk beoordeeld
op de volgende aspecten:
– wettelijke taken;
– vaste niet beïnvloedbare lasten;
– terreinen waar al aanzienlijke taakstellingen lopen;
– doorlopende verplichtingen.

Op basis hiervan resteerde een verzameling posten. Dit is het theoretische
bezuinigingspotentieel. In de praktijk zal hier een fractie van overblijven.
Bijvoorbeeld omdat er financieel-technische of juridische belemmeringen zijn
om budgetten substantieel te verlagen of tot € 0 terug te brengen.
Bezuinigingen zijn bovendien vaak niet van vandaag op morgen te realiseren.
De komende weken beoordelen we het potentieel op aspecten als:
– voorkomen waterbed-effect: dat de maatregel niet leidt tot een
uitzetting elders;
– voorkomen dat de maatregel leidt tot het verschuiven van lasten naar
de toekomst;
– voorkomen dat bereikte kwaliteit van gemeentelijke inzet en
bijbehorende voorzieningen verloren gaat;
– dat de maatregel consistent is met eerder ingezet beleid en daaraan
verbonden financiële opgaven;
– dat de maatregel haalbaar is: wat moet gebeuren om de bezuiniging te
realiseren weegt op tegen wat het oplevert.

In de raadsbrief over de begroting 2020 en de 1e begrotingswijziging hebben wij
gemeld dat de voorbereiding van de MTR gepaard zal gaan met de voorbereiding
van voorstellen om een aanzienlijke resterende financiële opgave van € 8 mln.
te realiseren. Dit om ambities uit het collegeprogramma structureel te kunnen
bekostigen en om de financiële positie voor de verdere toekomst robuust te
houden. Wij concluderen dat het geen eenvoudige opgave is om zonder
pijnlijke maatregelen een bedrag van € 8 mln. te bezuinigingen. Wij sluiten niet
uit dat wij u uiteindelijk zullen adviseren om een lager bedrag te bezuinigen
met dienovereenkomstige gevolgen voor de mogelijke bestedingen. Bij het
opstellen van het advies zal de inbreng van uw raad uitdrukkelijk worden
betrokken.

Conclusies

Ten eerste is onze conclusie dat de uitvoering van het collegeprogramma op
koers ligt en geen fundamentele bijsturing behoeft.
Met de trends en data, stand van zaken collegeprogramma, het
bezuinigingspotentieel en het overzicht met bestedingen, beschikt u over de
belangrijkste bouwstenen voor de MTR. We staan aan de vooravond van het
maken van belangrijke politieke keuzes. We kijken hoe we de bestedingsvragen
het beste kunnen wegen. Op dit moment kunnen we stellen dat het geen
eenvoudige opgave is om zonder pijnlijke maatregelen te bezuinigen. Daar komt
bij dat het benodigde budget om te kunnen voldoen aan alle bestedingswensen
omvangrijk is. We constateren met elkaar dat er een belangrijke opgave ligt om
de bezuinigingen in balans te brengen met alle bestedingswensen. Dat is de
zoektocht waar we nu voor staan. U kunt begin mei van ons een MTR-advies
verwachten dat is gebaseerd op de criteria en uitgangspunten zoals in deze brief
verwoord en op de input die u als raad aan ons nog mee zult geven. Het is aan u
om dan te oordelen wat realistisch, haalbaar en wenselijk is.

Hoogachtend,
Burgemeester en Wethouders van Leeuwarden,
burgemeester.

10-03-2020 || secretaris B&W